ICD – Behandelingen | Gelre Ziekenhuizen | Gelre ziekenhuizen
Zorg beter voor elkaar

ICD

Een ICD is een Implanteerbare Cardioverter - Defibrillator. Dit kleine apparaatje is met draden verbonden met uw hart en implanteren we onder uw sleutelbeen. De draden registreren uw hartritme.

Als u een levensbedreigende hartritmestoornis krijgt, zoals kamerfibrilleren, dan geeft de ICD u binnen 15 seconden een elektrische schok. Dit noemen we defibrilleren. Hierdoor wordt uw hartritme weer normaal. Is het hartritme nog niet hersteld? Dan krijgt u na 10 tot 15 seconden weer een schok. Meestal is het hartritme na 1 of 2 schokken weer normaal. Heeft u last van een versneld hartritme, dan gaat de cardioverter in de ICD aan het werk: het apparaat geeft een kleinere elektrische prikkel af waardoor uw hart weer een normaal ritme aanneemt. Werkt dat niet? Dan gaat de defibrillator alsnog aan en krijgt u een elektrische schok om uw hartritme te herstellen. Zo voorkomt het apparaat dat u een hartstilstand krijgt. Hoe vaak iemand met een ICD een schok krijgt, verschilt per persoon. Dat is afhankelijk van uw hartziekte. Sommige mensen met een ICD krijgen nooit een schok.

Wanneer krijgt u een ICD?

U kunt in aanmerking komen voor een ICD als u:

  • Een hartinfarct heeft gehad, waardoor uw hartspier ernstig verzwakt is. Hierdoor heeft u een groter risico op een levensbedreigende hartritmestoornis. Een ICD kan dat risico verkleinen.
  • Cardiomyopathie heeft. Hierdoor heeft u een groter risico om te overlijden aan een plotselinge hartritmestoornis.
  • Hartfalen heeft. Hierdoor is uw hartspier verzwakt en heeft u dus een groter risico op een fatale hartritmestoornis. U kunt dan ook een biventriculaire pacemaker krijgen: dit is een pacemaker die verbonden is met beide kamers van uw hart.
  • Een aangeboren hartziekte heeft. Vaak gaat het dan om een ziekte die weinig voorkomt. 

Uw arts bespreekt met u of u in aanmerking komt voor een ICD, of dat een andere behandeling beter bij u past.

Hoe implanteren we een ICD?

U krijgt een ICD tijdens een operatie onder plaatselijke verdoving. Afhankelijk van uw hartziekte krijgt u 1 tot 3 draden naar uw hart, met daaraan elektroden. We plaatsen altijd een elektrode in uw rechterkamer. De ICD komt meestal onder uw linkersleutelbeen. Hiervoor maakt de cardioloog een kleine holte onder uw huid. Tijdens de operatie testen we de ICD en stellen we het apparaat in. De ingreep duurt meestal 1,5 tot 2 uur. Daarna blijft u meestal 1 tot 2 dagen in het ziekenhuis.

Complementary Content
${loading}
Scroll